Veelvoorkomende taalfouten

Taalfouten

Ik ben ooit geopereerd aan mijn voeten. Waarschijnlijk had ik teveel tenenkrommende taalfouten gezien. Ja, taalfouten, daar kan ik me wel eens aan ergeren. Zeker als ze voorkomen in zakelijke teksten, in de krant of op TV. Maar ik ben niet zo erg als mijn zus. Die corrigeerde ooit met een rode pen een liefdesbrief en stuurde hem terug naar de afzender. Het is nooit iets geworden….

Pas op: Deze fouten kunnen kromme tenen veroorzaken:

‘Me’ in plaats van ‘mijn’

Veel mensen typen in de gauwigheid ‘me’. Zo klinkt ‘mijn’ misschien wel als je het uitspreekt, maar zwart op wit ziet het er toch anders uit. ‘Mijn’ is een bezittelijk voornaamwoord dat je gebruikt als iets van jou is. Mijn auto, mijn moeder. En om tijd te besparen hoef je het niet in te korten. Wil je dat wel, gebruik dan m’n.

‘Hun hebben gezegd..’

Dit hoor ik heel vaak en hier krijg ik ook uitslag van. Correct is: zij hebben gezegd. Je gebruikt ‘hun’ als bezittelijk voornaamwoord (hun fiets) of als er een meewerkend voorwerp in de zin voorkomt. Zij hebben hun fiets gepoetst. Moeite met hun en hen? Je kunt bijna altijd gewoon ‘ze’ of ‘zij’ gebruiken.

‘Dat gebeurd me wel vaker’

Nee hè? Ja, toch gaat dit vaak mis. En je kunt het makkelijk voorkomen. Gebeuren is hier een werkwoord en dan plak je in deze constructie achter de stam ‘gebeur’ een ‘t’. Alleen als iets al is gebeurd (voltooid deelwoord), is de ‘d’ correct. Lastig? Kies dan eens een ander werkwoord waarbij je het duidelijk hoort ‘het duizelt me wel vaker’.

‘Ik ben de enigste die…’

Hier kunnen we kort over zijn: ‘enige’ is enig genoeg, daarbij hoef je niet de overtreffende trap te gebruiken. Alleen misschien als die bloemetjesjurk van alle enige jurken echt de énigste jurk is.

‘Na’ in plaats van ‘naar’

Zelfde verhaal als mijn: ‘naar’ klinkt als ‘na’ wanneer je het uitspreekt, maar het betekent echt iets anders. ‘Ik ga na mijn vriend’ betekent dat hij eerst mag. Dát is vast de bedoeling niet.

‘Hij is groter als mij’

Ai, en de regel is eigenlijk zó eenvoudig! Alleen wanneer iets éven groot is (of even leuk, even klein, even mooi), gebruik je ‘als’. Is iets groter, leuker of kleiner, dan komt er ‘dan’ achter. Dus groter dan, leuker dan, kleiner dan. En het moet trouwens zijn: hij is groter dan ik. Als je de zin wat completer opschrijft wordt het wat duidelijker: hij is groter dan ik ben. Het woord ‘mij’ zou hier duidelijk niet passen.

‘De mensen welke deze mening hebben’

Ik heb wel eens de indruk dat mensen “welke” gebruiken om interessanter te klinken. Laat dat alsjeblieft. Gebruik gewoon die of dat.

‘Hij wilt’

Deze fout wordt écht gemaakt. Ja, normaal is alles stam plus t. Maar helaas: zullen, mogen en willen zijn de uitzondering. Geen t dus. Hij wil gewoon.

‘Een meisje die’

Het is het meisje. Bij het hoort dat. En bij de hoort die. Kortom: het meisje dat heeft gevoetbald en de jongen die heeft gesport.

‘Ik vindt’

Ja, ik meen het. Dit gebeurt nog steeds! Pak een pen en schrijf voor straf op (100x): ‘Bij de ik-vorm wordt nooit een t gebruikt’.

‘Dat is jou moeder, toch?’

Niet dus. In dit geval is jou een bezittelijk voornaamwoord en dan moet er een w achter. Het is jouw moeder/boek/kat. En ik geef jou jouw boek terug.

‘Ik besef me dat…’

Ja, deze werkwoorden lijken op elkaar maar: beseffen is geen wederkerend werkwoord, het is dus altijd ‘ik besef dat’. Je realiseren is wel wederkerend, daar hoort dus ‘me’ achter: ik realiseer me dat…’

‘Dat huis is afgebrandt’

Vervelend, het huis brandt af. Met ‘dt’ nog wel. Maar ‘afgebrand’ in deze zin is een voltooid deelwoord en dat wordt nóóit met ‘dt’ geschreven. Eindelijk eens een duidelijke regel in de Nederlandse taal. En best makkelijk te onthouden.

‘Dat computer scherm is helder’

In het Nederlands kunnen we losse woorden met elkaar combineren tot samenstellingen, in tegenstelling tot het Engels. Laat die spatiebalk dus gewoon met rust en schrijf computerschermvijfgangenmenu en navigatiesysteem.  Vind je dat het woord wel erg lang of lastig leesbaar is, mag je ergens in de samenstelling wel een streepje zetten.

‘Henk’s jas’

Dit is een vorm van overgenomen Engelse grammatica. We hebben het hier over de jas van Henk, in het Nederlands “Henks jas”.

‘We nemen random een getal’

Regelmatig worden er Engelse woorden gebruikt. In sommige beroepen (wetenschap) is dat vrij gebruikelijk. In alle andere gevallen adviseer ik om de Nederlandse alternatieven te gebruiken. Gebruik gewoon blokkeren ipv blocken, beoordelen ipv raten, gebruikers ipv users, inhoud in plaats van content etc.

‘Dit komt omdat…’

Dat is fout. Iets komt ergens door, niet ergens om. We hebben duidelijk te maken met een oorzaak, dus in feite komt iets doordat, niet omdat. Je kunt wel zeggen dat je iets doet omdat. Ik heb mijn muren witgeschilderd omdat ik wit een mooie kleur vind voor muren. Mijn muren zijn wit doordat ik ze witgeschilderd heb.

‘Ik irriteer me’

Nee, je irriteert je niet, je ergert je. Je irriteert anderen als je ‘ik irriteer me’ zegt.

‘Mijn vrouwtje’

Ja verkleinwoordjes, daar kun je ook jeuk van krijgen… Mijn kindjes zijn op school, mijn vrouwtje (van 1.85 en 95 kilo) zit binnen. Een stukje visie neerzetten. Laat dat!

‘Een beslissing maken’’

Ho! Een beslissing néém je. Bijvoorbeeld de beslissing om geen anglicismen meer te gebruiken als dat niet nodig is.

Natuurlijk, ieder mens maakt fouten, zelfs ik 😊. Daarom is het ook altijd zo fijn als iemand even met je meekijkt. Jouw teksten naleest voordat je de boel publiceert. Zoek jij zo’n tweede paar ogen? Laat het me weten! Ik lees jouw teksten graag na voordat je ze de wijde wereld instuurt.

Laat een reactie achter